Soepele bewegingen ontstaan door coördinatie

Een baby beweegt een handje naar zijn mond, spieren spannen, het hoofdje wiebelt. Voor al ons bewegen werken spieren samen, wat we coördinatie noemen. En dat lijkt zo vanzelfsprekend. Als volwassenen stoppen we automatisch een hap eten in onze mond. Maar coördinatie komt niet vanzelf, het ontstaat na veel oefenen. Dat betekent herhalen van een beweging met een doel, in dit geval het sturen van de hand om die naar de mond te brengen. Een baby oefent met willekeurige, kriskras bewegingen. Net zolang totdat het lukt.

Bewegingen in de baarmoeder

Als een baby nog in de buik zit, zijn de bewegingen door het vruchtwater gedragen en daardoor heel licht. Het kindje zweeft als ’t ware in het vruchtwater. Na de geboorte voelt het kindje voor het eerst de zwaartekracht, die het naar de aarde drukt. Alle bewegingen zijn ineens veel zwaarder.

Vanaf het begin werkt de zwaartekracht mee in het zoeken naar richting. Onderzoekers hebben eens uitgeprobeerd wat er gebeurt als ze met extra gewichten een arm van baby’s zwaarder maken.baby beweegt Baby’s passen vrij snel hun coördinatie daarop aan en dat is maar goed ook, want een baby groeit voortdurend en zijn armpjes en beentjes worden steeds zwaarder.

Van reflexen naar richting geven

Bewegen is spieractie: de armspieren reageren op een opdracht uit de hersenen “Omhoog!” En tegelijkertijd sturen die armpjes weer berichten terug naar de hersenen: ze voelen waar ze zijn en rapporteren terug, zodat de hersenen weer een nieuwe opdracht kunnen geven. “Nog iets verder omhoog, ho, stop we zijn er bijna…” Hoe helderder die informatie-uitwisseling, hoe sneller een baby leert gericht te bewegen.

Een baby begint met een soort dwangmatige bewegingen, bijvoorbeeld buigen en strekken. Dit zijn reflexen. Die reflexen zijn in het begin nodig. Hiermee kan het kindje al bewegend ontdekken en de bewegingen steeds meer eigen richting geven. Langzaam zullen de reflexen worden geïntegreerd en gaat de baby meer gericht bewegen. Het stuurt de bewegingen en dat is het begin van coördinatie.

Vervelen, uitproberen, doorgaan of stoppen

Een baby die varieert in wat hij doet, activeert meer hersencellen in zijn brein en maakt meer verbindingen tussen hersencellen. De hoeveelheid verschillende bewegingen die een baby maakt is dus een soort meetlint voor breingroei. Kinderen die zich vervelen hebben nog niet ontdekt dat ze zelf eindeloos kunnen veranderen in hun spel, in hun beweging. Zij zijn als het ware gestopt met uitproberen en vinden geen nieuwe vormen of manieren.

Waarom blijft het ene kind eindeloos proberen en onderzoeken en experimenteren tot hij moe is en stopt het andere kind na een aantal pogingen en is tevreden of juist ontevreden en gaat jammeren? Wat denk jij dat hierbij een rol speelt?

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.